Bergsche Maas

In de tijd dat de familie van Hassel in Grevelduin, Waspik en omgeving woonde zag de Maas er heel anders uit dan nu.

De Maas ontspringt in Frankrijk bij het dorpje Pouilly-en-Bassigny op het plateau van Langres. De bron ligt ca. 400 meter boven zeeniveau. De rivier legt, al kronkelend door Frankrijk, Belgie en Nederland, een traject van ongeveer 900 km af om in de Noordzee uit te komen.

De Maas is bevaarbaar vanaf Sedan, het bochtige Limburgse traject wordt voor de scheepvaart afgesneden door het Julianakanaal.

Ter hoogte van het gehucht Sint Andries stond vroeger de Maas met de Waal in verbinding. Tegenwoordig worden beide rivieren van elkaar gescheiden door de Heerewaardense Afsluitdijk.

Bij Heusden splitst de Maas zich in tweeën: de Afgedamde Maas (nog steeds de Brabants-Gelderse provinciegrens) vormde ooit de verbinding met de Merwede en daarmee met de Nieuwe Maas en de Nieuwe Waterweg resp. de Oude Maas . Tegenwoordig stroomt het Maaswater vanaf Heusden in westelijke richting via de Bergsche Maas en de Amer naar het Hollandsch Diep , een voormalige zeearm.

kaart

De Maas is een regenrivier waarvan het peil sterk afhankelijk is van regen. Het water, dat deze rivier bij Borgharen aanvoert, is voornamelijk afkomstig van neerslag in de Belgische Ardennen en Noord-Frankrijk, een stroomgebied van ca. 36.000 km2. De laag op de ondergrond van het Maasgebied is niet dik genoeg om veel water te kunnen bergen. In de winter houdt de vegetatie bovendien weinig water tegen. Het vocht verdampt vrijwel niet, waardoor alle water wegstroomt. Het reliëf van het Maasbekken is groot, zodat het water met grote snelheid wordt afgevoerd. Een combinatie van deze factoren kan tot een watervloed leiden en overstromingen veroorzaken.

Dit leidde al in de vroegere tijden tot overstromingen in Nederland. Door die overstromingen verlegde de Maasbedding zich soms.
In de loop van haar ontwikkeling ging de Maas in Nederland oeverwallen opwerpen in de benedenloop en haar bedding uitschuren en verleggen. Er ontstond een patroon van "lussen" (meanders).

In de middeleeuwen zagen de graven van Holland hun bezittingen bedreigd door de steeds terugkerende overstromingen in het rivierengebied. Graaf Floris de Vijfde slaagde erin het bedijkte gebied van de huidige Biesbosch en het Land van Heusden en Altena in 1273 onder zijn jurisdictie te krijgen. Het kreeg de vorm van een groot waterschap en werd "de Grote of Zuid Hollandse Waard" genoemd.

oorkonde abdijDoor de monniken van de abdij van Berne, die blijkens de oorkonde hiernaast gesticht is in 1134, werd rond 1273 nabij Hedikhuizen een dam aangelegd in de oude loop van de Maas naar Zee. Dit gebeurde omdat de graven van Holland met name de bedreiging van het water voor Dordrecht wilden voorkomen. De Maas liep tussen 1273 en 1904 via de huidige Afgedamde Maas in noordwestelijke richting naar Woudrichem, waar hij samen met de Waal de Merwede voedde. Deze situatie leidde geregeld tot grote wateroverlast, omdat het waterniveau van de Maas meestal lager was dan dat van de Waal. De bevolking van Heusden en het land van Altena is nadien eeuwen lang gebukt gegaan onder een grote wateroverlast, veroorzaakt door de nu ontstane samenstroming.
Abdij van Berne

Na de ramp van de Sint Elisabethsvloed in 1421 reorganiseerden belanghebbenden zich in kleine waterschappen. De autoriteiten stelden strenge regels aan het onderhoud van de dijken. Degenen die land bezaten of in gebruik hadden waren persoonlijk verantwoordelijk voor een gedeelte van de dijk. daardoor werd de schade door de wateroverlast beperkt.

Tussen 1888 en 1904 werd de Maas, op initiatief van de bekende ingenieur Cornelis Lely, bij Andel afgesloten en werd de rivier via de nieuw gegraven Bergse Maas geleid, die liep tussen het Heleind bij Hedikhuizen, boven Heusden langs, via Geertruidenberg, naar de Amer. De loop van de Maas richting Woudrichem werd afgedamd bij Poederoijensehoek (een plan dat al uit 1848 dateerde), waardoor de Afgedamde Maas ontstond. Een sluis ter hoogte van Andel scheidde Maas en Waal.
De nieuwe "rivier", die het historische Land van Heusden in tweeën deelde, werd gedeeltelijk door een oude Maasbedding (van voor 1273) gegraven , waarvan tegenwoordig het parallel lopende Ode Maasje nog rest. Twee dorpen, Gansoijen en Hagoort, moesten voor de aanleg van de Bergsche Maas wijken.
De Bergsche Maas zet de Maas vanaf Well in westelijke richting voort. Voorbij Geertruidenberg, het stadje waaraan de Bergsche Maas zijn naam ontleent, vormt de Amer zijn (natuurlijke) voortzetting. De Bergsche Maas vormt de zuidelijke begrenzing van het Land van Heusden en Altena. De lengte is 29 km.

Op 18 augustus 1904 werd, met een feestelijke opening, het gegraven traject door Koningin Wilhelmina officieel in gebruik genomen.

In de loop van de tijd is de vaarweg Bergsche Maas-Amer verder verbeterd en aangepast aan de moderne scheepvaarteisen. In 1971 en 1972 is de rivier verlegd bij Heusden over een lengte van ongeveer 2,5 kilometer. 
Ten westen van het stadje Heusden begint het Heusdensch Kanaal, dat de verbinding vormt met de Afgedamde Maas.
Het Duinwaterbedrijf Zuid-Holland (DZH) pompt drinkwater voor zo'n 530.000 huishoudens uit de Afgedamde Maas.

Kaart van de Afgedamde Maas en omliggende rivieren

De Amer vormt de voortzetting van de Bergsche Maas. Die begint bij Geertruidenberg, waar het water van de Donge samenstroomt met het water van de Bergsche Maas. De rivier is bijna twaalf kilometer lang en mondt uit in het Hollands Diep.

Het getij heeft altijd veel invloed gehad op de Bergsche Maas. Sinds de afsluiting van het Volkerak (1969) en het Haringvliet (1970) is deze invloed sterk verminderd.

Bronnen:
Tentoonstelling "100 jaar Bergsche Maas" in het Gouverneurshuis Heusden 2004.
www.wikipedia.nl
Abdij van Berne
http://www.rijkswaterstaat.nl/themas/water/